|
||||||||
Een beetje tot mijn verbazing moet ik vaststellen dat we het hier nooit eerder over Baba Commandant, alias Mamadou Sanou, hadden. De Burkinabese ngonispeler verdiende jaren terug al zijn sporen bij de groep Dounia en in de begeleidingsband van Victor Démé en debuteerde als Baba Commandant met zijn Mandingo Band dikke drie jaar geleden met “Juguya”, een CD die toen bij pers en op dansfeestjes goed onthaald werd, maar qua verkoopcijfers een tikkeltje onder de verwachtingen bleef. Waar de eerste plaat resoluut voor de Afrobeat-gekte koos, is de nieuwe een mix van klassieke en moderne Afro-funk, met toch wel veel ruimte voor de gitaar en dan meer bepaald de Mandingue gitaarstijl van de jaren ’70 van vorige eeuw. In de band is die gitaar in handen van Issouf Diabaté en je hoeft maar één solo van die man te horen om te beseffen dat hij de stijl zeer goed meester is en dat hij ongetwijfeld zijn klassiekers kent. Evenveel aandacht en respect verdient de superstrakke ritmesectie, bestaande uit bassist Massibo Taragna en drummer Mohames Sana, die minutenlang de melodie op de rails kunnen houden, doordat zij het pad effenen voor de ngoni en de gitaar. Dat levert alweer een heel dansbare plaat op, die af en toe een tikkeltje Maliblues laat doorschemeren, maar die vooral garant staat voor wilde taferelen op feestjes waar het om dansen draait. De balafon van Sami Kimpé speelt bij dit alles een niet-onbelangrijke rol, omdat het dàt instrument is, dat nummers, die tot dikke negen minuten duren, bevattelijk houdt. Zes songs slechts op deze drie kwartier durende plaat, vijf van eigen makelij en één seventies-cover (“Keleya” van saxofonist Moussa Doumbia), die garant staan voor een overheerlijke soundtrack bij zweterige dansfeestjes. Nog heel even en ’t is lente. De begeleidende muziek is alvast voorhanden! (Dani Heyvaert)
|
||||||||
|
||||||||